Fantaseren
Als we ’s avonds in bed liggen,
mijn broer en ik, nog klaar wakker,
fantaseren we om het meest
en om het gekst, tot de trappen
ervan kraken en het licht aanspringt.
De sterren, zeg ik,
zijn de witte balschoentjes van de engelen
of de suikermuisjes
op een grote verjaardagstaart
of nog…
maar dan zet mijn broer in
met zijn nuchtere, bazige stem:
doe niet zo gek,
de sterren, dat zijn grote, grote
vuurbollen die we eerst zien
als ze allang ontploft zijn,
uiteengespat in duizend stukken!
Bij zijn fantasie kan ik het nooit halen.
Als we ’s avonds in bed liggen,
mijn broer en ik, nog klaar wakker,
fantaseren we om het meest
en om het gekst, tot de trappen
ervan kraken en het licht aanspringt.
De sterren, zeg ik,
zijn de witte balschoentjes van de engelen
of de suikermuisjes
op een grote verjaardagstaart
of nog…
maar dan zet mijn broer in
met zijn nuchtere, bazige stem:
doe niet zo gek,
de sterren, dat zijn grote, grote
vuurbollen die we eerst zien
als ze allang ontploft zijn,
uiteengespat in duizend stukken!
Bij zijn fantasie kan ik het nooit halen.
Armand Van Assche
Geen opmerkingen:
Een reactie posten